- Nieuw project

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

Overwegingen

Het Koningschap van Jezus Christus

Het Evangelie is vol van Jezus’ Koningschap. God de Vader deelt zijn Koningschap mee aan het mensgeworden Woord en geeft Hem het bestuur van hemel en aarde in handen: ‘Mij is alle macht gegeven in de hemel en op aarde’, zegt Jezus. Mijn Vader heeft Mij alles in handen gegeven" (Mt. 28,11). ‘De Vader bemint de Zoon en heeft Hem alles in handen gegeven.’(Joh. 3,35). ‘Mijn leerlingen zijn de uwen, maar Gij hebt ze Mij gegeven" (Joh. 17,9). ‘God heeft alles onder zijn voeten gesteld’, zegt Paulus, ‘en Hem aan de Kerk geschonken als Hoofd van alles.’ (Ef. 1,22). En aan de Hebreeën wordt geschreven: ‘Niet aan engelen onderwierp Hij de toekomstige wereld’. Maar ergens in de Schrift (Ps.8) is getuigd: ‘Wat is een mens, dat Gij hem indachtig zijt, of een mensenkind, dat Gij acht op hem slaat? Een korte tijd hebt Gij hem beneden de engelen gesteld, en vervolgens hebt Gij hem met heerlijkheid en eer gekroond, hebt Gij hem de heerschappij gegeven over het werk uwer handen en alles aan zijn voeten onderworpen. Door hem nu alles te onderwerpen, heeft Hij niets uitgezonderd, dat hem niet onderworpen is.’ (Hebr. 2,5-8). Jezus Christus is het Woord Gods, door wie alles gemaakt is; daarom is Hij noodzakelijk Koning en Meester van heel de schepping. Ook als mensgeworden Woord is Hem alle macht gegeven in de hemel en op aarde. Hij is Koning over heel de mensheid en alle volkeren; Hij heerst over alle engelenkoren en aan zijn gezag zijn alle legioenen der hel onderworpen. Niets ter wereld is Hem niet onderworpen; want alles, wat de Vader heeft, is het zijne (Joh. 16,15). Hij is de Hoogste van de koningen der aarde. Hem zij dus glorie en macht in de eeuwen der eeuwen. (Apok. 1,5-6)

Uit: J.L. Dehon ‘In Jesus’ Hart. Overwegingen voor iedere dag van het jaar.’
Deel I pag. 320



 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu